vrijdag 29 april 2011

Eindelijk een Colenbrander!

Op sommige dingen moet je lang wachten, maar we hebben er dan nu eindelijk één! Een Colenbrander! Nu vragen de meeste zich waarschijnlijk af "wie of wat is Colenbrander", want de meeste mensen hebben zo'n uitdrukking op hun gezicht als ik vertel dat ik een schaaltje van Colenbrander heb gekocht. Toch is dit niet geheel terecht, want Colenbrander is onder kunstliefhebbers een van de grootste; hier de rede waarom:

Theodoor Colenbrander (1841-1930) werd oorspronkelijk opgeleid tot architect. In 1867 verbleef hij in Parijs waar hij betrokken was bij de inrichting van het Perzische paviljoen op de Wereldtentoonstelling. Hier kwam hij in aanraking met keramiek. Terug in Nederland begon hij met het ontwerpen hiervan. In de zelfde jaren werd er in Den Haag (waar Colenbrander was gaan wonen) een plateelfabriek opgericht; Rozenburg. Deze fabriek had zichzelf als doel gesteld het Nederlandse aardewerk; wat voor die tijd met name Delfs Blauw was; nieuw leven in te blazen. En dit is gelukt. De ontwerpen van Colenbrander waren zo bizar voor die tijd, qua vorm en kleur, dat ze direct veel aandacht kregen. Het aardewerk is bond van kleur en heeft duidelijke moorse en perzische invloeden (de meeste vazen lijken dan ook net minaretten). Het gevolg was dat Rozenburg uitgroeide tot de belangrijkste kunstaardewerkfabriek van die tijd en de grootste vertegenwoordiger van de art Nouveau in Nederland. In 1900 werd de plateelfabriek zelfs Koninklijk onderscheiden, echter Colenbrander stopte al spoedig met ontwerpen voor Rozenburg. Wel ontwierp bij nadien nog tapijten, welke ook veel waardering kregen.
Op 80-jarige leeftijd beslot Colenbrander toch weer plateel te gaan ontwerpen. Dit keer niet voor Rozenburg, maar hij richten hiervoor zijn eigen plateelfabriek op; RAM te Arnhem. Hier ontwierp hij in 1923 dit kommetje met decor drijvend. Als je het zo op het eerste gezicht ziet lijkt het lukraak geschilderd, maar het tegendeel is waar. Colenbrander stelde zulke hoge eisen aan de producten dat er soms hele partijen afgekeurd werden, omdat hij ze niet goed genoeg vond. Daarnaast was zijn bedrijf de eerste die plateelschilders in loondienst nam (en niet per vaas betaalde), zodat ze het werk niet af zouden raffelen om meer te verdienen. Dat resulteert dus in prachtige stukje kunstaardewerk, die nog altijd op veel waardering kunnen rekenen. In 2004 en 2008 werden er bij Sotheby's grote Colenbrander collecties afgeslagen van verschillende verzamelaars, waar soort gelijke examplaren voor meer dan 1200 euro van de hand zijn gegaan, ondankt het kleine formaat van 8cm (dit is dan ook nog eens excl. de 30% veilingkosten). Niet dat economische waarde er veel toe doet, maar het geeft wel aan hoe gewild het werk van Colenbrander is en dit reflecteerd het belang van zijn werk. Daarnaast is het werk van Colenbrander te vinden in de collectie van alle grote musea in Nederland, met uiteraard de mooiste stukken in het Gemeente Museum van Den Haag. Maar trouwe blog-volgers mogen ook gewoon bij ons langs komen!

T.A.C. Colenbrander - RAM - decor Drijvend 1923 (schilder: Gerrit Baas)

donderdag 28 april 2011

De grap bepaalt alles

Voor hen die zich afvragen wat goede kunst of goede muziek nu precies goed maakt hier het antwoord: Het draait allemaal om de grap. Soms zijn ze subtiel andere keren overduidelijk. Soms om te lachen, soms gewoon een geniale vonst. Wat maakt nu precies een goede grap. Ten eerste moet hij niet eerder verteld zijn.  Sommige grappen blijven nog wel leuk, maar een orginele is grappiger. Daarnaast moet er iets onverwachts in zitten waardoor het enigszins verrast. En als laatste, misschien wel het belangrijkst, het moet leuk verteld worden. Want hoe leuk de grap ook is, wanneer hij slecht verteld wordt, lacht er niemand. Grote grappenmaker zijn bijv. de Beatles en Picasso. Ze weten iedere keer weer een verrassende wending aan hun werk te geven. Dit in tegenstelling tot bij de Cobra kunstenaar en muzikanten als Eric Clapton en Jamiroquai, die in eerste instantie nog best een leuke grap hadden bedacht, maar deze tot in den treuren hebben herhaald.

Om het een en ander te verduidelijke; hier een concreet voorbeeld. Narrow Stairs van Death Cab For Cutie. Ik geef op voorhand toe dat de grappen subtiel zijn, maar geniaal en zeker de twee Grammy's (die ze voor deze plaat kregen) waard. De band is in Europa niet zo bekend, maar in amerika deste groter. En met een nieuwe plaat, die 31 mei uitkomt, en een concert in de Melkweg (31 juni) in het verschiet, veranderd dit misschien.

Per nummer:
1. Bixby Canyon Bridge - Dit nummer begint al mooi, maar ontaard vlak voor het eind in een enorme aanzwellende herrie (die vrouwen over het algemeen niet kunnen waarderen, is de ervaring), dan eindigd deze herrie als een soort storm die gaat liggen, en blijft er een krakerig piepend geluid over waarin Ben Gibbard opeens weer begint te zingen. En bij zijn laatste nood is opeens alles stil... Als of er nooit een storm van geluid was.
2. I Will Possess Your Heart - Dit nummer is een geniale variatie op Hey Jude; waar Hey Jude met een enorm outro; wat nooit op lijkt te houden; eindigd, zo begint "I Will Posses Your Heart". En wat het dan nog beter maakt is het gegeven dat, op het moment dat iedereen zich af begint te vragen of er uberhaupt nog wel gezongen gaat worden, de muziek stopt en Ben Gibbard de eerder twee zinnen accapela zingt. Daarnaast is de tekst leuk gevonden.
3. No Sunlight - Hier is de hele opbouw van het nummer perfect uit gedacht, waar de melodie van Sunlight iedere keer meegespeeld wordt door de piano.
4. Cath... - Dit nummer is vooral leuk voor de gene die gitaar spelen. Het riffje is goed bedacht, maar het nummer laat ook goed zien dat je de zelfde akkoorden op verschillende manieren kan spelen, waardoor het toch ook weer anders klinkt. Daarnaast is het eind mooi gedaan door het nummer in een climax te eindigen.
5. Talking Bird - Een simpel liedje met een leuke tekst, maar geniaal door het zo eenvoudig te houden en volledig op te hangen aan een hele simpele baslijn.
6. You Can Do Better Than Me - Dit nummer mag duidelijk wezen, de trom en het bombastische karakter geven het nummer iets aparts, bijna "Kurt Weill"-achtig. En wat het nummer helemaal verrassend maakt; een aardige plot en opzettelijk kort gehouden.
7. Grapevine Fires - Over sommige onderwerpen moet je geen grappen maken, hebben ze hier vast gedacht. Soms moet je het ook niet te ver zoeken. Het is een mooi nummer met een mooie tekst over een orgineel onderwerp. Wat ook leuk is aan het nummer, is het feit dat je aan het eind met een vraag achter blijft. In het eerste couplet wordt gesteld dat het nog maar even duurt... voor alles afbrand en aan het eind weten de brandweermannen dat het nog maar even duurt... maar of dit is inhoud dat ze het vuur onder controle krijgen, het gaat regenen of alles toch echt afbrand.
8. Your New Twin Sized Bed - Ook subtiel maar wel leuk gedaan is het glijdende karakter van het nummer, waarbij de twee gitaar partijen ook nog tegen elkaar in lijken te gaan. 
9. Long Devisions - Een typisch Death Cab nummer, waarbij eigenlijk nauwelijks gitaar wordt gespeeld in het begin, maar alles als losse noten tussen de drumpartij door lijkt te vallen. De grap hier wordt tegenwoordig wel vaker toegepast; de lead-gitaar wordt er uitgehaald en wat je over houdt is een kale tweede gitaar partij.
10. Pity and Fear - Nou hier mag het duidelijk zijn; het abrupte eind van het nummer is echt een ook weer een geweldige grap. De bandleden zeggen zelf dat het eigenlijk per ongeluk ontstaan is, omdat de type van de bandrecorder brak toen ze het opname en dit zo leuk vonden dat ze het aangehouden hebben in het origineel. Daarnaast is de percussie keuze leuk bedacht en opnieuw de melodie die mee gespeeld wordt.  
11. The Ice Is Getting Thinner - En dan het laatste nummer, wat in alle rust en stilte, qua toon precies doorgaat waar het vorige is geëindigd. Dit nummer verrast door de onverwachte voortgang van de melodie in de bridge, welke gemarkeerd wordt door een dim-akkoord. Ook hier weer een leuke tekst.


Waarschijnlijk wordt deze blog niet echt gelezen, omdat hij te lang is en Death Cab For Cutie (en zeker Narrow Stairs) te onbekend is. Maar voor die (g)ene die hem wel leest; net als bij een goed vertelde grap is ook de volgorde van doorslaggevend belang voor het succes; dus luister hem van nummer 1 tot 11!

De tip van de dag is duidelijk denk ik; zoek naar de grap in de dingen!

dinsdag 26 april 2011

Memorie in het groot

Opnieuw een nieuwe aanwinst, maar wederom van Lanooy! En daar heb ik al veel over geschreven, omdat ik binnen de verzameling onbedoeld een Lanooy collectie aangelegd heb. De teller staat nu op acht stuks. Eigenlijk had ik me zelf voor genomen om alleen nog voor een Haga vaas van Lanooy te gaan, of een van zijn paddenstoelen-borden (en een leerdam unica moet er ook nog bij natuurlijk, maar die zijn niet te vinden), maar buitenkansjes kan je soms toch niet weerstaan. We waren op een rommelmarkt in Gorinchem, want daar stond Karin met een kraam. Er was niet veel, maar toen toch op eens een Lanooy vaas. Ad de Kool had dezelfde ook staan, maar die staat nu voor 450,- euro in zijn etalage. De man die hem verkocht op de markt hoefde er beduidend minder voor te hebben. Dus toch weer een Lanooy. Waarom is deze vaas dan toch belangrijk voor de collectie, vraagt de kritische lezer zich wellicht af. Nou daar zijn twee redenen voor; ten eerste, omdat het een hele vroege vaas is, uit 1919 welke altijd als voorbeeld getoond wordt, omdat er zo'n typische pottenbakkersvorm in zit. En dat is dan meteen de tweede rede; hij staat in alle boeken en is daarmee een van zijn bekendste ontwerpen! 

En daarom maar eens een ander onderwerp dan over de ontwerper; dit keer maar eens over verzamelen in het algemeen. Want voor de gene die denkt; "laat ik ook eens naar een markt gaan", een belangrijke tip. Verzamelen gaat niet zonder kennis. Je moet verzamelen zien als memorie in het groot. Abonneer je gratis op Sotheby's en Christies en hou de veilingen in de gaten (ook de gratis Apps van de veilinghuizen zijn erg leuk!). Daar wordt de waarde en de kennis verspreid. Zij zijn ook de gene die achter de uitgaven van boeken enz. zitten. Als je dan alle plaatjes in je opgenomen hebt ga je naar de markt en dan maar potjes omdraaien tot je de plaatjes in je hoofd kunt matchen met de vaasjes in je hand. Zo makkelijk is het.

Het Juliaan vaasje en de nieuwe aanwinst op de kast 
en in het boek "Modern glas in Nederland"

Voor hen die het even vergeten waren; het Juliaan-vaasje werd in 1927 door Lanooy ontworpen voor de 18de verjaardag van Prinses Juliaan. De linker vaas is de nieuwe aanwinst.

Tip van de dag: Boeken "wat is art deco en art nouveau waard" kopen; dan heb je in een keer een groot overzicht van alle modelen enz. + recente waardering. Alleen de foto's zijn niet zo mooi als in "Modern glas in Nederland 1880-1940"

zaterdag 16 april 2011

de Machinist

Elke eerste en derde vrijdag van de maand is er een singer-songwriter optreden in de pub van de Machinist. De Machinist is gevestigd in de oude scheepvaartsschool aan de coolhaven in Rotterdam. Het gebouw is groot, met meerdere zalen, een restaurant, maar dus ook een pub, die dan weer opvallend klein is. En deze hele kleine ruimte vult zich op dit soort vrijdagen met zo'n 20 mensen (meer passen er ook eigenlijk niet in). De opzet van de avond is als volgt; er zijn twee hoofdacts en tussendoor openpodium. De mensen die op het openpodium spelen zijn vaak vrienden van de hoofdact en meestal eindigt de avond dan ook met een soort van groepsoptreden.
Dit keer was de hoofdact Mark Lotterman. Mark is de neef Anna-Livia en we hebben hem daar wel eens op een verjaardag gesproken. Mark maakt muziek geïnspireerd door Bob Dylan, Tom Waits en Lenard Cohen, maar weet hier wel echt een eigendraai aan te geven. We hebben na het optreden zijn CD gekocht, die hij zelf geproduceerd heeft. Het plaatje is echt te gek! Het is orgineel en een geluid wat je niet vaak meer hoort.
Maar de verrassing van de avond was ene Richard Beukelaar. Waar hij vandaan kwam was niet geheel duidelijk, maar deze jongen kon echt heel goed zingen en speelt daar nog goed gitaar bij ook. Verder waren er twee terugkerende acties; er is een man met een snor, hij praat engels en heeft een accordion bij zich. De man ziet er uit als een roemeense straatmuzikant, maar ook deze man kan spelen. Vorige keer speelde hij mee met de hoofdact en inproviceerde het hele optrede bij elkaar. Nu was hij samen met een jongen die op een kist zat. Deze gebruikte hij als jambe, maar er kwamen allemaal geluiden uit die je eerder uit een drumstel zou verwachten (een tovertrommel laten we maar zeggen; hoe het ding opgebouwd was van binnen blijft een raadsel). De andere terugkerende gasten zijn Felix van Cleeff met een jongen op viool. Felix speelt ook goed en maakt hele sfeervolle liedjes, maar soms iets te zoet. Toch hebben we ook van hem een CDtje gekocht. We konden kiezen uit een blauw, groen of rood gekleurd hoesje, zelf met de naaimachine in elkaar gezet. We kiezen de blauwe.
Tegen elf uur liep de avond op zijn eind. Gitaren werden in gepakt en het is weer voorbij. Het blijft raar dat zulke avonden eigenlijk zo slecht bezocht worden en dat er maar weinig belangstelling is voor mensen die echt wat leuks laten horen terwijl al die talentjacht programma's zo goed bekeken worden. Dat bewijst maar weer dat de meeste mensen niet echt geinteresseerd zijn in goede muziek.


Tip van de dag: 6 mei is de volgende! 

zaterdag 9 april 2011

Verzamelaarsjaarbeurs 2011

Vandaag was het zover; verzamelaarsjaarbeurs! Ik had voor mijn verjaardag sponsorgeld gevraagd aan familie en Loesje en via marktplaats wat dingen verkocht om nog wat extra geld bij elkaar te brengen. Dus met een goed gevulde portomonee gingen we opweg.
In de jaarbeurs zijn 4 hallen open waarvan er 3 vol met kunst&antiek en 1 met speelgoed en platen. De kwaliteit is wisselend, maar over het algemeen hoog net als de prijzen. Ik was opzoek naar een leerdam serica, maar had nog wel meer op mijn lijsje staan... maar zoals het vaak gaat als je ergens naar zoekt; zelfs hier niet te vinden... Daarnaast was het; wat prijzen betreft; ook weer het zelfde liedje, ookal had ik veel gespaard nog waren alle dingen die ik leuk vond 2x boven het budget.

Uiteindelijk vlak voor we zouden gaan toch nog wat gevonden! We liepen teleur gesteld terug naar de uitgang toen we langs een tafel kwamen waar een stel oude flessen uit een nalatenschap aanbod. Uit alle oude groene flessen plukte Loesje precies die fles waar we al lang naar zochten.

De fles is ontworpen door Jac. Jongert (1883-1942) is 1919 voor de firma Wed.G.Oud Pzn&Co. en was bedoeld voor port. Jongert woonde en werkte in Purmerend. Hij gaf les als grafisch kunstenaar en ontwierp zodoende reclame materiaal en flessen voor de distilleerderij Wed.G.Oud Pzn&Co. Dit leverde hem zoveel bekentheid en aanzien op dat hij in 1918 gevraagd voor een docentschap aan de academie in Rotterdam. In Rotterdam verbond hij zich ook aan de Rotterdamse firma van Nelle, waarvoor hij al het reclamemateriaal ontwierp. Een van zijn bekenste ontwerpen in het koffieblik in geel/rood (wat we ook hebben). In 1940 moest Jongert vanwege zijn slechte gezondheid stoppen met werken. Er is erg weinig werk van Jongert overgebleven, omdat zijn atelier tijdens het bombardement op Rotterdam geheel verloren ging, waarna Jongert snel overleed. Zowel de flessen als het vanNelle blik bevinden zich in de collectie van het Boijmans en het Haags Gemeente Museum en staan in vele boeken vermeld.


De fles was een koopje (weer een echte schat) en zodoende hielden we veel geld over, wat weer het potje in gegaan is. In eerste instantie was ik wat teleur gesteld, omdat de prijzen zo hoog waren en alles toch nog buiten bereik bleef. Maar bij thuiskomst realiseerde ik me weer dat wat we al verzameld hebben daar ook niet te betalen was geweest, als je ze al had kunnen vinden. Het is ook goed om te zien dat de dingen die we in de loop der jaren voor een paar euro op de rommelmarkten hebben gekocht elders toch echt de waarde hebben die er aan toegeschreven is.