Leerdam Unica A7 - Chris Lanooy |
Toegegeven; ik schreef er al eens een verhaal
over en inderdaad niet 1x. De blogs over Chris Lanooy vormen zo goed als het
begin van een boekwerk over een van de eigenzinnigste kunstenaars van het
interbellum. Hoewel Lanooy ter nauwer nood het concentratiekamp Amersfoort
overleefde, werd Lanooy niet oud en overleed hij op 66-jarige leeftijd in het
voorjaar van 1948 te Epe. Het belangrijkste gedeelte van zijn oeuvre maakte hij
dan ook in de jaren tussen de eerste en tweede wereldoorlog. Hoewel Lanooy
opgeleid werd als plateelschilder bestaat het belangrijkste deel van zijn
oeuvre uit "vrij keramische werk". “Vrij” wil zeggen dat Lanooy dit werk
in eigen beheer naar eigen inzicht en ontwerp maakte, en niet direct aan een
fabriek verbonden was. Toch zijn er twee fabrieken waar Lanooy grote sporen
achtergelaten heeft; plateelbakkerij Haga in Purmerend en glasfabriek Leerdam.
Over de laatste zal het vervolg van deze blog
gaan. Want hoe kwam Lanooy daar en wat was het doel van de glasfabriek om een
pottenbakker aan te trekken? Beide vragen zijn eenvoudig te beantwoorden.
Lanooy werd in 1918 in dienst gevraagd van de Glasfabriek. Lanooy was toen al
een zeer gerespecteerd en bekend kunstenaar. Zijn werk werd door heel Europa en
tot in Amerika toe tentoongesteld. H.P. Bremmer en mw. Kröller-Müller behoorde
tot trouwe bewonderaars/verzamelaars van zijn werk. P.M. Cochius werd in 1912
directeur van de Glasfabriek en was opzoek naar vernieuwing in kleur, vorm en
techniek. Lanooy werd in eerste instantie gevraagd om glas te beschilderen,
maar al snel ging Lanooy over tot het ontwerpen van eigen modellen.
Zoals we Lanooy kennen, deed hij dit op
eigenzinnige en expressieve wijze. Lanooy hield van het experiment. Als
zelfstandig pottenbakker werd hij bekend door zijn abstracte decors in
prachtige glazuren. Dit wilde hij ook in glas en begon daarom met het
produceren van Unica glas. De objecten (veelal vazen en schalen) kenmerken zich
door het robuuste karakter. Als we ze vergelijken met die van Andries Dirk
Copier zijn de Unica's van Copier over het algemeen sierlijk en verfijnd, waar
die van Lanooy een expressief en soms haast explosief karakter hebben. De
meeste vazen zijn donker van kleur en nauwelijks transparant. Zwart is
bijvoorbeeld geen ongebruikelijke kleur. Ook zijn er veel unica's bekend waarin
veel gekleurde stukken glas versmolten zijn. Maar zijn meest populaire en meest
gezochte unica's zijn de ossenbloed rode exemplaren. Dit heeft uiteraard een
reden; niet alleen zijn ze prachtig van kleur, maar de kleur was destijds zeer
moeilijk te maken. Het was dan ook een van de andere hoofdredenen om Lanooy in
Leerdam te houden. Lanooy experimenteerde veel om de optimale condities te
vinden om een diep rode en oranje kleur te ontwikkelen. Dit lukt uiteindelijk
door goud aan glas toe te voegen en dit tijdens het bewerkingsproces geruime
tijd op 500-700 graden te houden. Door contact met zuurstofatomen wordt dit goud
uiteindelijk rood van kleur. Het mooie van sommige van deze rode unica;s is dan
ook dat je er nog altijd goud in terug ziet, wat het glas een nog meer
bijzondere gloed en uitstraling geeft.
Een
prachtig voorbeeld hiervan is de rode unica A... die Lanooy in 1926 maakte.
Naast goudluster is de vaas eveneens bedekt met een uitgebreid tin craquelé
patroon. Deze decoratietechniek werd ontwikkeld door A.D. Copier en Chris
Lebeau. Door warm glas in tin te dopen en vervolgens uit te blazen ontstond er
een craquelé patroon wat later veelvuldig toegepast zou worden voor de
decoratie van unica's, serica's en zelfs enkele gebruikersglas-series.
In 1928 stopte Lanooy zijn werkzaamheden voor
de glasfabriek. Na deze periode maakte hij enkel nog schilderijen en keramiek
vanuit zijn eigen atelier in Epe.