donderdag 4 augustus 2011

Over smaak valt niet te twisten; je hebt smaak of je hebt het niet.

Over smaak valt niet te twisten; je hebt smaak of je hebt het niet. Ooit had ik dit als laatste stelling voor mijn proefschrift bedacht, maar deze werd afgekeurd omdat men hem te controversieel vond. Toch ben ik nog altijd van mening dat het waar is. En een hele gekke gedachten is het ook niet. Ik heb lang nagedacht over wat goede kunst nu tot goede kunst maakt en waarom sommige dingen vaak gewoon minder goed zijn. Natuurlijk weet ik dan een deel cultureel bepaald is en dat mensen uit andere culturen andere dingen mooi vinden, maar toch zit daar ook een overlap in. Het is niet voor niets zo dat veel Europeanen chinees aardewerk zijn gaan verzamelen en de chinezen dat nu weer terug willen hebben, omdat ook zij inzien dat het mooi is. In zekere zin heeft het meer met ontwikkeling (en ruimte voor ontwikkeling) te maken.
Er zit iets in een goed werk wat het tot een goed werk maakt. Dit heeft alles te maken met kleurstelling, originaliteit en compositie. En hoewel dit iets is wat min of meer algemeen bekend is, verzand je vaak in een oeverloze discussie als je zegt "Over smaak valt niet te twisten; je hebt smaak of je hebt het niet.". Er zijn dan altijd mensen die zeggen dat het best kan dat zij iets mooi vinden en ik niet. Maar daar gaat het dan dus mis; dan moet dat uit te leggen zijn (wat er dan mooi aan is), of ze hebben inderdaad geen smaak (het laatste is helaas vaak waar). Iemand die gaat beweren dat hij/ze de Poang stoel van Ikea mooi vindt, heeft nooit goed naar een stoel gekeken. En is zich zeker niet bewust dat er ook een Paimio stoel van Alvar Aalto bestaat, welke superieur is, in ontwerp, originaliteit en verhoudingen/compositie. 
Een ander punt waarop het fout gaat en waar mensen moeilijk van los lijken te komen is de natuurlijke hang naar kitsch. De definitie van kitsch is moeilijk, maar de term is ooit door Immanuel Kant en Clive Bell bedacht, juist om een eind te maken aan de discussie over goede en slechte kunst. Kant hoopte met de term duidelijkheid te scheppen zodat men met één woord goede en slechte kunst van elkaar kon scheiden, maar de terminologie stuitte op veel verzet. Er zijn nu eenmaal mensen die het verschil blijkbaar niet zien of gewoon van kitsch houden. En gezien het feit dat de term herleid is van "aangekoekt vuil" vinden mensen het toch niet prettig al datgene wat zij mooi vinden kitsch genoemd wordt.
Men vraagt dan; "wat is kitsch". Vaak worden objecten met kitsch aan geduid als iemand de intentie had kunst te maken maar dit duidelijk niet gelukt is. Maar deze definitie is te beperkt en zou uitgebreid moeten worden. Kitsch is meer. Opzettelijk effectbejag is ook kitsch en is ook beter te benoemen als kitsch. Wanneer Leonard Cohen tijdens een optreden opkomt met een hoed, aan de rand van het podium neer hurkt en hier op één knie met hoed tegen de borst gedrukt een ballade gaat zingen, behoefd dit geen uitleg dat we hier met kitsch te maken hebben. De zanger is erop uit een sentimentele/intieme sfeer neer te zetten en daarmee is het zingen niet meer oprecht. Toch blijft het een gegeven dat veel mensen dit mooi vinden, er zijn zelfs mensen die alleen dit soort dingen mooi vinden (ook valse emotie is blijkbaar aanstekelijk). Tja... Daarnaast zijn ook mensen die hummeltjes en laven sparen. En dat mag ook best, maar heel veel zullen zij ons niet helpen in de zoektocht naar goede kunst.
Vandaag bezochten we het Haags Gemeentemuseum, waar een expositie te zien was van onbekende kunstenaars Anoniem gekozen. En hier zie je het helaas vaak fout gaan. Veel jonge kunstenaars bezondigen zich aan het maken van kitsch of slechte kunst. Ze proberen opzettelijk te provoceren en te shockeren en schieten daarmee hun doel voorbij. Er hangt een foto (waarvan de maker mij gelukkig ontschoten is) van  schaatsende mensen, met op de oever een scheurtje waar "kanker allochtonen" op gespoten is. Wat moet de maker gedacht hebben... DAT IS GEEN KUNST; KITSCH: opzettelijk effectbejag, leuk voor een artikel over racisme in Nederland voor HP/de Tijd of elsevier (waar ook niemand meer op zit te wachten), maar dit hoort niet in een museum. En van dit soort plaatjes hangen er veel. Er is zelf iemand die het in zijn hoofd heeft gehaald een smurf te schilderen (commentaar lijkt me niet nodig). Het gekke is alleen dat je dit soort kunst veel ziet; in galerieën en expositiezalen; maar nooit in vaste collecties van musea. Dat moet de makers toch ook te denken geven. Ik vraag me altijd af waar al dat werk nou uiteindelijk blijft.
Natuurlijk mag kunst (ook goede/museale kunst) het publiek prikkelen, maar het moet niet de opzet zijn van het gemaakte werk. Het werk moet op zichzelf (zonder de boodschap die de kunstenaar uit wil dragen) ook leuk zijn om te zien. Zoals Olympia van Manet ook een mooi doek is zonder dat je het verhaal er achter kent. Een groot deel van de valkuil zou verholpen kunnen worden als kunstenaar zouden proberen het onderscheid duidelijk te krijgen tussen vernieuwen en shockeren. Een kunstwerk is geen spandoek en hij die zo nodig iets op een spandoek wil kalken kan beter de politiek in gaan.
Toch is de expositie heb bezoeken zeker waard, er hangen zeker ook veel leuke dingen tussen (zoals het werk van Marco Swaen). Het maakt je als kijker kritischer. Zeker als je als leidraad aanhoud dat opzettelijk effectbejag geen pas heeft, moet het voor iedereen mogelijk zijn de goede werken er uit te pikken. Natuurlijk blijft er dan voldoende ruimte over voor discussie, want het kan inderdaad zo zijn dat het ene werk iemand meer aan spreekt dan het ander, maar die discussie voer je dan alleen nog over de goede stukken.

Macro Swaen

Tip van de dag: Probeer dit te begrijpen en je ziet wat ik bedoel.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten